Waarom moeten hele uren
twee halve uren duren?
Waarom begint er na een dag
als je een nacht lang wacht,
een nieuwe dag?
Wat is er nou voor aardigheid
aan het tellen van de tijd?
Eén uur.
Halftwee.
Maandag.
Dinsdag.
Ik doe niet langer mee.
Maart.
April.
Zomer.
Winter.
Ik doe wat ik wil.
Mijn tijd raakt nooit meer op.
Ik zet gewoon de wijzers stop.
Etenstijd?
Bedtijd?
Tijd om op te staan?
Ik strek de strekker
Uit de wekker.
Ik hoor geen klok meer slaan.
Ik maak een einde aan de strijd.
Ik ga zwemmen in de tijd.
(1953)